Fataal weerzien – Rheate Wormgoor

0002
Na een klein half uur in de auto komt ze aan in haar geboortedorp. Het is een mooie zomeravond en de zon schijnt op de gevel van de oude boerderij. Ze parkeert de auto op het erf en stapt uit. Via een zijdeur loopt ze de gang in. Er staan laarzen en klompen en er hangt een blauwe overall aan de muur.0003
Als ze de keukendeur opendoet ziet ze haar vader meteen. Hij zit op zijn vertrouwde plekje voor het raam, zodat hij naar buiten kan kijken. De boerderij staat midden in het dorp aan de drukke hoofdstraat. Er lopen dagelijks veel dorpelingen en toeristen langs. In het dorp staat een heel oude en nog werkende molen, die al sinds jaren veel toeristen trekt. Naar mensen kijken is voor Kees een manier om de dag door te komen. Daarnaast heeft hij zijn krant, die hij van voor tot achter helemaal bestudeert. Hij is altijd van al het lief en leed in de wereld op de hoogte. Nu leest hij niet. Hij zit in zijn fauteuil met zijn kin op zijn borst. Hij slaapt.
Cover-Dood-in-de-grachten‘Pap, ik ben er! Wat wil je drinken?’
Langzaam wordt hij wakker. Hij kijkt verstoord op, tot hij ziet dat zijn dochter er is.
‘Oh Marianne. Hoe is het?’ vraagt hij en gaat rechtop zitten. ‘Goed, goed. Druk op het werk. Koffie?’
Ze heeft het koffiezetapparaat al aangezet.0004
‘Altijd druk… je had niet moeten verhuizen, die drukte van de stad, dat is toch niets voor jou. Je bent een boerendochter. Je had nooit moeten verhuizen.’ Kees schudt zijn hoofd, terwijl hij naar buiten kijkt. ‘Alles voor die man,’ mompelt hij erachteraan. Hij zegt het zo zacht, dat Marianne het niet hoort.
Haar vader zeurt al jaren over haar vertrek. Toen ze 18 was, wilde ze Zuidlaren zo snel mogelijk verlaten. Na haar studie woonde ze weer een paar jaar bij haar ouders. Ze werkte toen in de bloemenwinkel van haar tante, om haar bij de administratie te helpen. Dat was natuurlijk niets voor langere tijd, maar haar ouders waren dolblij. In de tijd dat ze als student uit huis woonde, had haar twee jaar oudere broer Maarten na een ruzie het contact met hun ouders verbroken. Waar de ruzie precies om ging, heeft Marianne nooit begrepen. Haar ouders praatten weinig, zeker als het om problemen ging. Toen Marianne na vier jaar weer terugkwam, dachten haar ouders dat ze hier voor altijd wilde blijven. Zelf wist ze allang dat ze dat niet wilde, maar wat ze wél wilde, wist ze ook niet.
0005

Die Lernkrimis erscheinen im Compact Verlag, München